In dit laatste deel hebben we het over de behandeling in de instelling.
3. Waarmee komen mensen in opname ?
Mensen die gekozen hebben voor een opname hebben deze keuze gemaakt vanuit een noodwendigheid, vanuit de ervaring dat het zó niet meer verder gaat met dit leven.
Het is ook niet zo dat iedereen die hier komt ook psychiatrische stoornissen heeft.
Mensen komen in opname omdat de oplossingen die zij hadden om in het leven te kunnen staan niet meer toereikend zijn, of zelf problemen geven.
De aanleiding daartoe kan een psychiatrische ziekte zijn die doorbreekt of dreigt door te breken.
Er komen ook mensen die omwille van psychische problemen hun toevlucht gezocht hebben tot het gebruik van medicatie, alcohol of drugs en het gebruik ervan nog moeilijk in toom kunnen houden.
Het kan ook zijn dat men komt naar aanleiding van een groot verlies : een belangrijke persoon, een familielid die gestorven is, verlies van werk, verlies van inkomsten en onbetaalde rekeningen die zich opstapelen.
Het kan ook dat men in opname komt omdat het samenleven met de partner, ouders of familie zo problematisch verloopt dat een andere omgeving nodig is.
Mensen komen in opname wanneer zij in een moeilijke situatie leven en de mogelijkheden om zelf richting beterschap te gaan, heel beperkt zijn geworden.
4. Wat doen wij ?
Wij pogen de mensen te helpen.
Wij luisteren, onbevangen, naar de patiënt en kijken, samen met hem of haar, naar de problemen die er zijn en naar de oplossingen die zij of hij heeft gezocht om goed in het leven te staan.
Wij zijn getuige van het feit dat mensen zeer creatief kunnen zijn in het organiseren van het eigen leven en in het bieden van weerstand tegen psychische bedreigingen en angst.
Wat op het eerste zicht vreemd overkomt, vreemd gedrag, vreemde gedachten, een vreemde manier van contact leggen, verliest na respectvol luisteren zijn vreemdheid.
Zodoende kan ook de herstellende kant herkend worden in de psychische en psychiatrische symptomen die worden waargenomen, zoals deze ook herkend wordt bij het lichamelijk symptoom ‘koorts’ wanneer men griep heeft.
De symptomen die men op psychisch gebied ontwikkelt hebben een oorzaak en een betekenis. Een waan ontstaat niet altijd zomaar, en vertelt ook iets over de dieper liggende oorzaak van het psychisch lijden. Door met respect te luisteren kan men zien dat het ook een poging is om aan het lijden te verhelpen, een poging om schade te beperken.
Bijvoorbeeld mensen die psychiatrisch ziek zijn en geen duidelijk onderscheid kennen tussen ‘ ik ‘ en ‘ niet- ik ‘ ervaren ook minder de bescherming die van dit onderscheid uitgaat.
Men is als het ware zonder vel, versmolten met het ‘al’ rond zich. Vanuit dergelijke situatie gaat men begrijpelijk ook op zoek naar bescherming, een afscherming.
Er zijn mensen die dit doen door zich een onderscheid in het leven te roepen, een afstand te creëren, en duidelijk maken dat men niet met de anderen is, niet met deze wereld is, dat men er apart van staat, eventueel erboven staat. “Ik ben de redder van de wereld”, of “Ik ben Napoleon”, of “Ik ben diegene die de lucht zuivert”.
Dit zijn voorbeelden van symptomen die, diegene die ze ontwikkeld heeft, toelaten zich te onderscheiden van de anderen, waardoor ook een contact mogelijk wordt zonder direct verzwolgen te worden of compleet op te gaan in de ander die veel te dicht komt.
Het is dus van het grootste belang om de functie van de symptomen na te gaan en ook te weten dat deze functie bij elkeen anders is.
Naast het luisteren, dat steun en erkenning geeft, is er ook het luisteren dat helpt te onderzoeken. “ Wat blijkt mij steeds opnieuw te overkomen en welke zijn mijn mogelijkheden om in wat mij overkomt, of schijnbaar overkomt, toch eigen keuzes te maken ? “. “ Laat ik verder toe dat de vrouwen in mijn leven er altijd met al mijn geld vandoor gaan, of wil ik iets anders ? “. “ Zoek ik verder soelaas in alcohol of kan ik kiezen voor een leven zonder ? “.
Dit steunen en met de patiënt zoeken naar mogelijkheden gebeurt niet uitsluitend in de spreekkamer maar ook in het dagdagelijks samenzijn van patiënten en mensen van het behandelend team : de geneesheer, de psycholoog, de verpleegkundigen, therapeuten, sociaal assistente en verzorgenden.
Ook medicatie helpt.
Naast het zoeken wat er van de kwestie is op psychisch gebied met de patiënt zelf, wordt ook gekeken wat er is rond de patiënt. Hoe de mens het in zijn of haar sociaal leven stelt en of daar voldoende waarborgen zijn voor een goed leven na de periode van opname.
Heeft de patiënt familie, vrienden, enz ... iemand die, indien nodig, op een of andere manier kan zorgen dragen voor de patiënt, wie moet gecontacteerd worden bij opname, ...?
Ook : heeft de patiënt een inkomen (vb. : is men in orde met de mutualiteit, heeft men een loon of een uitkering, moet er eventueel een leefloon worden aangevraagd aan het OCMW, ... ); hoe zit het met het beheer van de eigen financiën, gaat de patiënt daar zorgzaam mee om, is hier begeleiding voor nodig ? ...
Heeft de patiënt werk, of studeert zij of hij, heeft de patiënt een plaats om te wonen, ... ?
5. Hoe benaderen wij de patiënt ?
Wij dragen er zorg voor om de patiënt op de meest respectvolle manier te benaderen.
Daarbij weten wij dat respect hebben niet iets is dat vanzelf komt of vanzelf gebeurd. Het is vooral een actieve daad.
Respect hebben voor de mens, en voor zijn lijden is verdragen dat er een lijden is, zonder het te willen overnemen, zonder te willen meelijden en zonder het betonen van mede-lijden. Met medelijden wordt een mens niet geholpen.
Respect hebben is verdragen dat een ander mens anders is dan uzelf, met andere normen en waarden. Het is de andere erkennen in zijn anders zijn en ook pogen iets van dat anders zijn te begrijpen en tegelijk ook verdragen dat dit begrijpen dikwijls ook niet lukt
Het is weten dat diegene die om hulp bij u komt, niet om uw raad vraagt, en niet komt om van u te leren, ook al lijkt dat wel zo.
Respect hebben is weten dat je de lijdende mens niet via therapieën kunt kneden naar het beeld dat u voor haar of hem voor ogen had, in een poging er een andere mens van te maken. Integendeel, het gaat er om de patiënt op weg te helpen naar een maximaal deelnemen in het maatschappelijk leven met een maximaal eigen verantwoording hierin.
Als behandelaar ontmoet je de patiënt als mens, en begeleidt je deze naar de hoogst mogelijke vrijheid in het maken van eigen keuzes, uiteraard binnen de beperkingen die de samenleving, of het samenleven met anderen mogelijk moeten maken.
Deze keuzes zijn niet altijd de keuzes die je zelf voor de patiënt als de beste beschouwt.
Ze zijn anders.
(tekst van Jan Van Houtte)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten